– en waarom het echt leuker is als het af en toe niet volgens plan gaat –
Met de voordeur in mijn hand kijk ik Saar aan. Ze staat met een vuurpijl in haar hand op mijn stoep. Uitgelaten en zichtbaar aangeschoten. Maar – veel belangrijker – overduidelijk heel gelukkig. Naast haar staat één van haar beste vrienden, Dirk. Met twee flessen poepel in zijn handen. Ook uitgelaten en zichtbaar aangeschoten. Ik schud lachend mijn hoofd en stap opzij om ze binnen te laten. Saar’s drie dochters en Dirk’s zoon in ganzenpas achter de twee volwassenen aan.
Het is oudjaarsavond 2024. 23:15. En blijkbaar gaan we ‘alles’ de lucht inschieten.
Saar draait zich naar me om en geeft me een knuffel. ‘Alles. Alle ellende. Gezeik. Gedoe. Exen. We schieten al-les de lucht in.’ De vuurpijl (ik wil niet weten hoe ze eraan komt – werkelijk niet) houdt ze triomfantelijk in de lucht. Ik lach. En knik. ‘I’m in.’ Al is het alleen al ‘for the plot’. Ik kus haar op haar wang en loop richting keuken. En draai me op Dirk’s ‘Heb je glazen?’ direct weer om. Om de champagne coupes uit de kast in de woonkamer te pakken. De 4 meter brede en 3 meter hoge parel tikte ik jaren geleden in een loods vol brocante – in het Gooi – op de kop. Het is een oude schoolkast. Doorleefd hout. En met tig laatjes en deurtjes. Het was een mijl op zeven om de unit ons huis in te krijgen, maar de aanblik van ‘de kast’ maakt me elke keer weer blij. Winst dus. Pure winst.
‘Oh fancy. Toe maar.’ Dirk pakt de champagne coupes aan. ‘Yup, Utrecht-Oost, hè? Wat verwacht je dan?’, kijk ik Dirk breed lachend aan. Hij schudt zijn hoofd. ‘IKEA.’, vul ik aan. Dit levert me een diepe schaterlach op. En een met poepel gevuld glas dat in mijn handen wordt gedrukt. Het Utrecht-Oost meisje in me vindt champagne toch net iets lekkerder uit een coupe glas. Oordeel gerust. ‘Op 2025.’ Dirk tikt mijn glas aan. ‘Op 2025’, echo ik. En vraag me af waar Saar in dit tafereel is. Ik werp een schuin oog op de kleurrijke berg kinderen die zich op mijn bank verzameld heeft (ook 4 meter breed en ook van die bank word ik elke keer weer blij). Saar’s middelste dochter knuffelt met één van onze kittens (de dag voor oudjaar opgepikt bij de cattery – want zonder chaos is er toch niets aan). De rest van de kinderen staart gebiologeerd naar het scherm van de tv. En de Wednesdaymarathon die Quint en Magalie gestart zijn. De oudejaarsconference kijken is blijkbaar zo 31 december 2023.
‘Ik kijk even waar Saar is.’ Met het glas bubbels in de hand – en een extra glas voor Saar – loop ik richting keuken. Bingo. Goed gegokt. Champagne (letterlijk) en sigaren (die heb ik overigens sinds mijn studententijd niet meer aangeraakt- maar toen was het hilarisch). Door voor de wasmachine. Saar staat met een oliebol in haar rechterhand tegen mijn aanrecht geleund. ‘Mag ik een oliebol?’ Glimlachend knik ik. ‘Uhuh. Al eet je die hele bak leeg. Eet.’. Weer een knuffel. ‘We gaan alles de lucht in schieten, Chris. Alles!’ Ik druk haar het extra glas poepel in de hand en tik haar heup met de mijne aan. ‘Vind ik een heel goed plan.’
Het ‘plan’ voor vanavond was eigenlijk ‘snoepeten’ (brood met dips en in dit geval camembert met honing en chilivlokken uit de oven) met mijn kinderen, een Wednesdaymarathon op Netflix, oliebollen (zelf gebakken) als toetje, om middernacht wat vuurwerk afsteken, een glas Pasdutout (*mousseux sans alcohol), de buren een goed 2025 wensen en dan naar bed. Maar toen belde Saar met de vraag of ik het gezellig vond als ze met haar kids langs zou lopen om ons een gelukkig nieuwjaar te wensen. Dus werd het plan ‘snoepeten’ met Quint en Magalie, een Wednesdaymarathon, oliebollen als toetje, om middernacht wat vuurwerk afsteken, een glas Pasdutout, Saar en haar kids een over the top geweldig 2025 wensen, de buren een goed 2025 wensen en dan naar bed. De praktijk werd dus anders. Volledig in lijn met de liefdevolle chaos waar mijn kinderen en ik ons mee omringen. En waar we zo gelukkig van worden. Ook pure winst.
Dirk loopt de keuken in. Fles bubbels in zijn ene hand, een glas bubbels in zijn andere. En vult onze glazen bij. Rijkelijk. En dat is het precieze moment waarop ik me besef dat het ‘zo’n avond’ wordt. En die fles Pasdutout puur als decoratie dient. Lachend kijk ik naar de kaart op mijn ijskast. Een foto van een ruggengraat. En de tekst: ‘Goos, je hebt je ruggengraat weer bij de gevonden voorwerpen laten liggen.’ Het is inmiddels een inside joke in mijn vriendenkring (of zoals vriend Bas het noemt ‘de golden circle’). Ik heb het punt bereikt waarop ik zelfs een ruggengraatsleutelhanger aan mijn fietssleutels heb hangen. Met als bijpassende inside joke ‘heb je ten minste nog één ruggengraat’. Het wordt zo’n avond. En ik kijk er nu al naar uit.
Onze hond Scottie loopt zenuwachtig de keuken in. Kwijlend en met zijn staart laag. De normaalgesproken wild kwispelende viervoeter is op zijn zachtst gezegd geen fan van vuurwerk. De ervaring leert dat de WC op oudjaarsavond voor hem de beste plek is. Daar is vrij weinig van het geknal buiten te horen. Terwijl ik de blonde poedel voorzichtig – en aaiend over zijn kop – richting hal en WC manoeuvreer, stormt de club kids uit de woonkamer richting keuken. ‘Vuurwerk. Opschieten!’ Magalie voorop met gehoorbeschermer en bril op. De rest van de kinderen ook met bril èn oordoppen. Met uitzondering van mijn zoon. Ik doe de WC-deur dicht (Scottie ligt direct al zichtbaar minder gestresst op het kleedje in de WC) en hobbel achter Quint aan. ‘Lief, je hoorapparaat.’ De verstrooide professor draait zich met vuurwerkbril op zijn neus om, reageert met een ‘Oh ja,’, flipt zijn hoorapparaat uit zijn oor en duwt het bizar dure (maar oh zo nodige) stukje technologie in het voorbij stormen in mijn hand. ‘Quint, gast.’, roep ik hem terug. Van alle aanwezigen is hij nu net degene die extra zuinig op zijn gehoor moet zijn. Maar hij is ook ‘gewoon Quint’ en heeft me op het moment dat ‘het oor’ begon – zo’n jaar geleden – heel snel duidelijk gemaakt dat hij gewoon door wilde en zo min mogelijk last wilde hebben van alles rondom zijn rechteroor. Gelijk heeft hij overigens. Zuchtend draait mijn prepuber zich om. En geeft me – rollend met zijn ogen – precies een halve minuut om een stel Loop festivaldoppen in zijn oren te proppen. Om vervolgens de voordeur uit te rennen. Met een aansteker in zijn hand. Loslaten, Chris. Loslaten. Ik check mijn horloge. Één voor twaalf. ‘Saar! Dirk! Het is bijna twaalf uur!’
Vijftien minuten later heeft het groepje van zes kinderen en drie volwassenen voor mijn deur zich uitgebreid tot een aanzienlijk grotere kliek waarbij buren en klasgenootjes (met ouders) uit de buurt zich verzameld hebben. Glazen bubbels worden links en rechts bijgevuld. Nieuwjaarswensen worden met glazen klinkend uitgewisseld. We zijn omringd door warmte. Quint rent met sprankelende sterretjes in zijn handen achter een giechelend groepje klasgenootjes aan. Dirk’s zoon rent er met een verse voorraad vuurwerk achteraan. And so it begins. Magalie en Saar’s jongste dochter zijn – na eerdere aanwijzingen van Quint – druk met een rits categorie 1-vuurwerk en knalerwten. Saar’s oudste en middelste dochter filmen op hun telefoons het vuurwerkspektakel boven Utrecht. Van het vuurwerkverbod is niets te merken. De auto van de handhaving lijkt uitsluitend voor de vorm rond te rijden.
‘En nu gaan we alles de lucht in schieten!’ Ik kijk opzij. Saar. En haar vuurpijl. Ik slik een lach in en knik. ‘Check.’ Dirk staat 20 meter verderop al klaar met een lege fles (hoeveel flessen zijn er inmiddels al doorheen gegaan?). Saar plopt de vuurpijl in de fles en houdt een aansteker bij de lont. En schiet vervolgens ‘alles’ de lucht in. Schaterlachend, proestend, roepen we de pijl na met alles dat en iedereen die ons het afgelopen jaar dwars heeft gezeten. Armen om elkaar heen. Glazen bubbels opgeheven. ‘Zo. En nu is alles de lucht in. Klaar. Dat blijft allemaal in 2024. Schone lei.’ Saar slaat haar armen om me heen. ‘Ik houd van je.’ Ik kus haar op haar wang. ‘Ik ook van jou.’ Saar aait me over mijn rug. Ik voel haar telefoon in haar zak trillen. ‘Oh, deze moet ik nemen. Dat is mijn lief.’ Telefoon in haar hand holt Saar richting mijn voordeur. Glimlachend kijk ik haar na. En zie dat Quint inmiddels zijn voorraad vuurwerk bij die van buurman Tom heeft gelegd. En nu samen met hem met fonteinen in de weer is. Ik weet dat Tom op hem let. Ik ben zo dankbaar voor m’n village. Dirk slaat zijn arm om mijn schouders. ‘2025 wordt een stuk relaxter. Echt.’ Ik kijk naar het vuurwerk in de lucht. 2024 was ook gewoon heel mooi. ‘Daar drink ik op.’ Ik tik zijn glas aan met het mijne. ‘Heb jij nog een fles? Maar niet die alcoholvrije.’ Ik knik lachend. Hij had die fles Pasdutout duidelijk al gespot en ongeschikt bevonden. ‘Yup – geef me twee tellen.’ Ik loop tussen de knalerwten door richting ons huis. Magalie heeft zich inmiddels met een stapel sterretjes naar de voortuin verplaatst. En heeft met Saar’s jongste dochter de slappe lach te pakken. Liefdevolle chaos. In de keuken tref ik een verliefd naar haar telefoonscherm kijkende Saar aan. ‘Oh, kijk, Chris, kom! Zeg even gelukkig nieuwjaar.’ Ik zwaai naar haar liefde op het scherm en trek de ijskast open. Bingo. Een fles cava. Bubbels zijn bubbels. Saar houdt haar lege glas op in teken dat ze een refill kan gebruiken en steekt haar telefoon in haar zak. Om die er vervolgens weer uit te halen. ‘Kom, we gaan Sam een gelukkig nieuwjaar wensen.’ Ze loopt voor me uit naar buiten. Telefoon in haar hand. Sam’s lachende gezicht inmiddels op haar scherm. Zijn stem door het geknal nauwelijks te horen. Liefdevolle chaos.
01:15. Dirk’s zoon loopt met een vuilniszak vol afgestoken vuurwerk naar mijn voortuin. Quint houdt twee lege flessen bubbels omhoog. ‘Wat moet ik hiermee, mam?’ Hij noemt me ‘mam’ en niet ‘bruh’. Winst. Ik haal mijn telefoon uit mijn zak en maak snel een foto. Verantwoord ouderschap. Quint rolt met zijn ogen. ‘Bij het glas. Voor de glasbak.’ Quint knikt en loopt ons huis in. ‘Wij gaan.’ Saar kust me op mijn wang en neemt haar jongste dochter bij de hand. ‘Slaap lekker. Fijn dat jullie er waren.’ Saar glimlacht en knikt. Ja. Fijn. Ik zwaai naar buurman Tom en pak de bezem dit tegen het muurtje voor ons huis aan staat. In de keuken tref ik Magalie voor een open ijskast. ‘Waar staat die champagne zonder alcohol.’ Ik kijk op mijn horloge. 01:30. ‘Lieverd. Het is half twee.’ De roodharige vulkaan kijkt me aan. ‘Ja, dus?’ Die ruggengraat laat ik nog even aan mijn fietssleutels. Ik zet de bezem bij de keukendeur en pak de fles Pasdutout uit de deur van de ijskast. De kinderen pakken allebei een glas uit de kast. Verantwoord ouderschap. Ik lach. ‘Maar daarna meteen naar bed.’ Twee paar ogen rollen naar me. Liefdevolle chaos.
Ik draai de badkamerkraan dicht en kijk op mijn horloge. 02:30. Quint en Magalie liggen volledig afgedraaid, maar met een – in koor – ‘vanavond was ZO leuk’ in hun bed. De kittens logeren vannacht bij mij. Scottie ligt uitgeput door de stress in zijn mand. Onze andere twee katten hebben zich naar de gang verplaatst. Ik draai de pot met Koreaanse gezichtscrème dicht, veeg mijn handen af aan een handdoek en doe het licht in de badkamer uit. Ik ga plat. Het licht in de slaapkamer is uit. Volgens Magalie was dat rustiger voor de kittens. Ze heeft zich binnen een dag als kittenmoeder ontpopt. Op de tast (ik ben zo nachtblind as they come) schuif ik onder mijn wollen dekbed (game changer), doe mijn horloge af en leg mijn telefoon weg.
2025.
In 2024 rondde ik de Grotius specialisatieopleiding Erfrecht af (*postacademische specialisatie voor juristen), zagen de kinderen en ik (veel) meer van de wereld, vonden we een weg voor Quint’s oor, merkte ik weer dat je weinig controle hebt over het leven – maar alleen over hoe je ermee omgaat, werd die village van ons nog mooier, realiseerde ik me dat verandering heel mooi kan zijn, vond ik liefde en raakte ik die weer kwijt, schreef ik eindelijk dat boek dat ik al tijden wilde schrijven en besefte ik me dat ik gewoon weer gelukkiger ben dan het jaar ervoor. Geluk is eigenlijk helemaal niet zo moeilijk. Zolang je de chaos maar omarmt.
2025. Je hebt grote schoenen om te vullen. Hele grote. Maar ik ben nu al nieuwsgierig hoe je dat gaat doen. Compleet met de liefdevolle chaos die daarbij hoort. Want zonder chaos is er toch echt niets aan. (*Al is een beetje minder chaos ook helemaal oké, 2025. Just saying.)